Een greep uit de reacties op het gedicht Losgeld

Vind je ook dat er meer waardering moet komen voor vakmannen- en vrouwen, voor alle beroepen in het algemeen?
Onderteken dan deze petitie die losstaat van politieke partijen. Elke handtekening telt! Ook handtekeningen uit Nederland zijn heel welkom.  

‘Ik ben een TSO’er met slechte handen en werd dan maar doctor in de fysica. Ik ken de negatieve houding t.o.v. TSO zeer goed. Sommigen gingen in de krant nakijken of ik inderdaad was geslaagd aan de universiteit.’

Hans Strauven

‘Na een week en half in de B-stroom, mijn zoon … het loopt niet goed. Hij mist zijn vrienden die redelijk samen zijn gebleven in een A-stroom richting. Hij is boos op het systeem, gefrustreerd, voelt zich momenteel erg eenzaam in de B-stroom waar er toch een andere cultuur heerst dan het veilige nest van zijn Freinet basisschool. Mijn moederhart doet pijn te zien dat hij zo slecht aardt in dat middelbaar, door systemen, door scheidingen. Door jullie actie komt er nu toch een discussie op gang en hopelijk herpakt en hervindt mijn jongen zijn levenslust, lieve groeten, vanuit Mechelen.’

Kim Vanherp

‘Toen heel de school op buitenlandse eindejaarsreis ging, moesten de B-leerlingen op school met hun vingers blijven draaien. Ah ja, de leerkrachten waren immers wél allemaal mee mogen gaan met de A-stromers. Senne voelde zich uitgesloten. ‘Waarom mogen wij niet mee?’ vroeg hij. Maar er kwam geen uitleg en geen alternatieve activiteit. Wat er wel was: de zeer pijnlijke geruchten dat B-leerlingen te lastig zijn om mee te mogen gaan. Vreselijk.’

Nele Remi De Prins

‘Zelf heb ik 40 jaar in TSO en BSO lesgegeven. Ik weet dus heel goed waarover je het hebt. Het gedicht ‘Losgeld’ moet in alle technische en/of beroepsscholen worden voorgelezen en besproken.’ 

Ivo van Strijtem

‘Heel recent nog werd ik als autocarchauffeur bij een voormalige werkgever geconfronteerd met een situatie in een werkomgeving die de thematiek van het Losgeldgedicht goed illustreert.

Mijn werkgever had een spiksplinternieuw gebouw laten neerzetten, precies op maat van een autocarbedrijf met alle mogelijke moderne snufjes tot zelfs een dak vol zonnepanelen. Tijdens de bouw ervan, vlak vóór de coronacrisis, moest ik met één van de techniekers meegaan naar de werf. Hij toonde mij een donker hok en vertelde me verontwaardigd dat daar de kantine voor de techniekers zou komen. Ik dacht dat hij maar wat grapte. Toen dit niet het geval bleek te zijn, nam ik aan dat hij slachtoffer was geworden van iemand anders die hem maar wat wijsgemaakt had.

Later, bij de ingebruikname van het gebouw, werd ik er in rondgeleid en kwam ik te weten dat er drie kantines waren.
De eerste was exclusief voor het kantoorpersoneel, gescheiden van de rest van het gebouw met deuren die enkel met badges van kantoorpersoneel geopend konden worden. Deze kantine was ruim en licht en beschikte o.a. over een koffiezetapparaat waarvan het beter betaalde kantoorpersoneel heel de dag door gratis verse koffie kon drinken.
De tweede kantine was wat kleiner en beschikte o.a. over een automaat waar allerlei soorten koffie op basis van smaakloze poedertjes tegen betaling verkregen konden worden. Deze kantine was bedoeld voor de veel grotere groep van buschauffeurs, waaronder chauffeurs die voor De Lijn reden en tussen twee shiften hun pauze daar konden nemen. Tijdens de coronacrisis echter werden er alle stoelen weggehaald om te verhinderen dat chauffeurs daar langer dan noodzakelijk zouden blijven rondhangen!
De derde kantine was voor de techniekers die instaan voor het onderhoud en de reparaties van de bussen. En waar was die kantine? Ja hoor, het was geen grap: in dat donkere hok. Een ruimte van naar schatting anderhalve meter breed en drie meter diep, zonder daglicht, met een plank gemonteerd aan de muur en hooguit drie hoge stoelen ervoor terwijl er naar schatting zes techniekers werkten. Een koffie-apparaat heb ik er niet gezien.’

Philippe Jassogne

‘Je bent jong en wil vooruit;
Eerst de lagere school in het dorp.
Dan de provinciale middelbare school technische chemie.
Na 5 jaar aanmodderen naar Mechelen ASO.
Dan nog 1 jaar regentaat in Berchem.
En dan nog anderhalf jaar op leercontract bij een vakman.
Dan 13 maanen officier in het leger.
Nu zelfstandig schoenmaker en Slotenmaker.
En deze zoektocht naar ‘waar ben ik nu goed in?” eindigt met wat iedereen al wist van in de lagere school. KNUTSELEN.
En weet je wat , het schuift nog BEHOORLIJK goed.’

Bruno, schoenmaker

‘Ik werk als magazijnmedewerker de laatste 10 jaar. Daarvoor heb ik als kok gewerkt ongeveer 15 jaar.Omdat ik het beu was op school had ik voor leercontract gekozen, restauranthouder. Maar had ik de kans gekregen om verder te studeren zou ik het ook wel gedaan hebben. De persoon op zich beslist daar niet alleen over. Je moet ook de kans krijgen, als je op jonge leeftijd al gepest wordt is het heel moeilijk en zeker als leraren daaraan meedoen. Dan heb je zeker niet meer de motivatie om verder te doen, als je weet dat die mensen juist betaald worden om jou te laten ontplooien. Dan wordt het heel moeilijk voor nog respect te hebben voor dat soort mensen.

Waarbij ik niet wil zeggen dat iedereen die les geeft zo is. Want ik heb in het lager onderwijs wel goede mensen gezien. Als de mensen die voor een laag loon werken niet zouden bestaan , dan lag de maatschappij al lang op zijn gat. Daarom voor iedereen die werkt respect. En echt niet blijven neerkijken op de arbeidsklasse. Zonder arbeidsklasse geen maatschappij.’

David Schellemans

‘Ik was zelf jurist – niet meer zeer actief – en beschouw het arbitraire onderscheid tussen mensen naargelang hun vorming, diploma, financiële middelen, roem of status als een ernstig falen van het democratisch acquis en onderling respect. Woke is wellicht aan het doorslaan in de andere richting maar beide fenomenen zijn niet los van elkaar te zien. 

In deze maatschappij werkt nu eenmaal de perceptie steeds in dezelfde richting. En de media ondersteunen de gangbare trends.’

Anoniem, jurist

‘Mijn vriend studeerde in de jaren 60 A2 elektro techniek en is een man die alles kan. Deze kanjer lost alle technische problemen op (in en rond het huis, defecten aan de auto) en is een super intelligente, slimme man. Na een succesvolle loopbaan in de ondersteunende afdelingen van een autobedrijf – ja dat kan – heeft hij een uitstekend pensioen. Daar profiteert hij iedere dag van. Mijn grootste respect gaat uit naar de kennis en vaardigheden van beroepsopgeleide mensen, een dikke chapeau. En voor mij staan deze studierichtingen op het hoogste plateau.’

Kathinka Borkes

‘Losgeld is er bonk op , en ik kan het weten , ik ben van mijn 14 jaar aan het boksen , geen diploma want ik heb dyscalculie , en werd destijds als dom bestempeld .

Uiteraard was rekenen een handicap , maar ik heb wel door gezet en heb dag en nacht geknokt om mijn gezin 2 dochters en mijn vrouw , een huis te geveb en alles wat ik kon. Ik kan veel dingen die hoog gestudeerden niet kunnen ,(ik beheer nu technisch bv. 2 gebouwen in de Antwerpse haven  ik heb een zeer hoog EQ en laat dat het nu net zijn bij managers , ministers en/of andere “hoge piefen” waar zij een tekort aan hebben , maar dat wordt uiteraard niet als dom beschreven maar als het profiel van een sterke leider, ik vraag me af wie het domst is.’

Anoniem

‘Ik ben ere (dus oud- of – ex) directeur van het Stedelijk onderwijs Antwerpen en had in die hoedanigheid vooral BSO- en TSO-leerlingen onder mijn hoede.
Ik feliciteer jullie met het gewraakte gedicht. Jullie slaan nagels met koppen en wie dat ontkent is ziende blind.’ 

Monique Tokatlian

‘Als huidig docent in de lerarenopleiding maar vooral als voormalig leraar in – en plaatselijk ‘reclamemaker’ voor – de B-stroom gedurende bijna 30 jaar, kan ik alleen maar ontroerd en bewogen zijn voor de kracht waarmee jullie verwoorden hoe er naar onze leerlingen in de B-stroom gekeken wordt. 

Ik ben zelf moeder van een jongen (ondertussen 19 jaar), die via het watervalsysteem van ASO, via 3 verschillende richtingen in TSO naar deeltijds beroepsonderwijs is “doorgestroomd”. Hij ging echt kapot aan al die etiketten, stigmatiserende behandeling en neerbuigendheid.

Ik hoop dat jullie actie een paar beleidsmakers kan beïnvloeden en dingen kunnen verbeteren voor deze leerlingen én hun leerkrachten.’

Hilde De Smet & Elijah Rivera Lafargue

‘Ik deel uw mening dat we heel veel handen nodig hebben in onze maatschappij. Ook aan bed in een ziekenhuis is dit het geval. Kennis moet ook ingezet worden ten voordele van de collectiviteit en niet ten voordele van het ego van een individu. Onderwijs MET steun van de politiek is hier cruciaal in.

Ik heb als kind niet anders gehoord “dat ik nergens ging geraken in mijn leven” en dat ik zeker niet moest denken aan universitaire studies. Men heeft mijn motivatie en nieuwsgierigheid duidelijk onderschat. Ouders, onderwijs, politiek en de maatschappij moeten de dromen van kinderen helpen waarmaken, onafgezien van het feit of ze vooral handen of een brein hebben. Naast meer handen dan “kennis” is er duidelijk meer poëzie dan gestructureerde taal nodig in onze maatschappij, meer nood aan emotionele intelligentie dan levenloze intelligentie.’ 

Dominique Benoit, UZ Gent

Mia Boels schreef een stukje van het gedicht Losgeld op haar raam

‘Ik denk hier zo al jaren over. Ook het feit dat intellectuele arbeid dikwijls voor hoger wordt aanzien terwijl het lang niet altijd beter wordt verloond. Zelf ben ik al 30 jaar opvoeder. Ik heb een opleiding gevold: zeer praktisch 4 dagen stage en 1 dag les en zo veel geleerd. Mijn vrouw werkt in een winkel onze zoon is sociaal werker. 1 dochter verpleegkundige en 1 dochter psycholoog verschillende opleidingen en jobs maar voor mij evenveel waard.’

Mario

“Dank voor de moed en integriteit om dit ernstige maatschappelijke probleem in het daglicht te plaatsen. Ik heb ervaren wat het is om een B-leerling te zijn en hoe dat mij later ook, ondanks mijn hogeschool diploma en verdere prestaties, toch nog altijd een B-Vlaming maakte.

Ik heb uiteindelijk Vlaanderen voorgoed verlaten voor een land waar ik wel een gelijkwaardige burger mag zijn, dus voor mij komt deze awareness te laat, maar jullie gedicht geeft mij hoop voor Vlaanderen.”

Simon Vanleeuw

“Zelf heb ik tijdens mn opleiding meer dan 35 j geleden het geluk gehad stage te mogen lopen in de ‘beroepsopleiding’.
Het waren de warmste leerlingen maar met het minste zelfvertrouwen door de sitgmatisering binnen onze maatschappij!
Het grootste geluk blijft deze ervaring en het moment dat ik hen toen een warm hart kon bijdragen.’

H.V.

 

‘Wat jullie samen hebben neergeschreven vat perfect samen wat ikzelf als leerkracht heb ervaren en wat ik meermaals aan diverse beleidsmedewerkers met handen en voeten heb proberen uitleggen.’

D.D.B.

‘Ik schrijf u als iemand met een zgn.’A’- opleiding, een keuze waarvoor ik zowel mijn  ouders als de maatschappij die deze opleiding mogelijk maakte dankbaar ben. Daarnaast ben ik gezegend met twee rechterhanden en een flinke dosis praktisch inzicht. Die heb ik te danken aan mijn vader, grootvader en nonkels van moeders zijde, stuk voor stuk vakmannen die elke klus aankonden. Ik kon er maar niet genoeg van krijgen om hen aan het werk te zien en de resultaten ervan te bewonderen. Hun schoolschriften van de vakschool bewaar ik met veel eerbied. Ook vandaag nog, wanneer er een vakman over de vloer komt kan ik het niet laten om hem of haar uit te vragen naar de knepen van het vak. Maar zoals reeds aangegeven kozen mijn ouders voor de ‘A’-opleiding, omdat een ´werkman’ na de oorlog nauwelijks  maatschappelijk aanzien genoot. Het stoort me geweldig dat dit vandaag nog vaak het geval is. Daarom: alle lof voor jullie gedicht en project.’

W.V.

‘Als vader van een tolk vertaalster en ingenieur-architecte ben ik tot tranen toe gepakt door jullie gedicht “Losgeld”. Zo mooi geschreven. Het riep onmiddellijk bij mij de woorden van Bertold Brecht op : “Maar wie maakte het eten voor de grote Caesar bij zijn veldtochten? “

E.L.

Gedicht

Lees hier het gedicht in een versie opgemaakt door Baudouin Breiker.

Petitie

Onderteken hier onze petitie en help ons een punt te maken.

Invulversie

Ontdek hier de invulversie van het gedicht en laat je creativiteit de vrije loop.